h
Verkiezingsprogramma 2019-2023: Tijd voor rechtvaardigheid

3. Natuur en Landschap

De natuur heeft een positief effect op onze gezondheid. Stilte, rust en mooie landschappen geven ons, naast de broodnodige ontspanning, een goed gevoel. De Zuid-Hollandse natuurgebieden maken deel uit van een belangrijk internationaal netwerk van natuurgebieden en vormen een waardevolle aanwinst voor onze provincie. Een aanwinst die gekoesterd en beschermd dient te worden tegen de belangen van onder meer het grootkapitaal zoals Shell en Unilever. Investeren in natuur- en recreatiegebieden is investeren in de gezondheid van alle inwoners van deze provincie.

Recreatie

Ook de afgelopen vier jaar heeft de provincie geïnvesteerd in de aanleg en het onderhoud van recreatiegebieden rondom de steden. Steeds meer mensen krijgen hierdoor de mogelijkheid zich, in onze dichtbevolkte provincie, dicht bij huis te kunnen ontspannen. De SP wil dit beleid ook de komende jaren voortzetten zodat de mogelijkheid tot recreatie niet afhangt van de grootte van je portemonnee. Daarbij willen we vooral inzetten op het verder optimaliseren van de verbindingen tussen de steden en de omliggende recreatie- en natuurgebieden. Daarnaast vragen ook zaken als beheer, onderhoud en biodiversiteit onze blijvende aandacht.

Onze voorstellen:

  • De provincie versterkt de bereikbaarheid van recreatiegebieden, waarbij de nadruk voornamelijk komt te liggen op de bereikbaarheid voor voetgangers, fietsers en gebruikers van het openbaar vervoer.
  • De biodiversiteit in recreatiegebieden wordt versterkt door bij inrichting en beheer maatregelen te nemen die biodiversiteit bevorderen. Hierbij wordt zeker ook gedacht aan maatregelen die de stand van de insectenpopulatie, zoals vlinders en bijen, verbeteren.
  • Op beheer en onderhoud wordt niet bezuinigd.
  • Bij het onderhouden van een recreatiegebied wordt altijd zoveel als mogelijk uitgegaan van de voor de aanwezige soorten meest gunstige wijze van onderhoud.

Natuur Netwerk Nederland

Na het schrappen van een groot deel van het Natuur Netwerk Nederland (voorheen de Ecologische Hoofdstructuur) en het door deze zware bezuiniging schrappen van veel van de tussenliggende verbindingszones, heeft de provincie Zuid-Holland er alles aan gedaan om de hierdoor ontstane schade aan de natuur te beperken. Dankzij de SP werden de geschrapte verbindingen tussen de natuurgebieden beschermd tegen ontwikkelingen die deze verbinding onmogelijk zouden maken.
Dit heeft er toe geleid dat in 2018 is besloten de meeste van deze verbindingen alsnog aan te leggen. Wat de SP betreft gaan we ook de komende periode voort op deze weg. De verbindingen tussen natuurgebieden gaat, wat de SP betreft, waar het kan voor economische ontwikkelingen.

Onze voorstellen:

  • De provincie blijft zich inzetten om zoveel mogelijk van de oorspronkelijk geplande tot het Natuur Netwerk Nederland (NNN) behorende gebieden daadwerkelijk te realiseren.
  • Gebieden waar dit nu nog niet lukt blijven planologisch beschermd.
  • Er komen extra middelen om deze gebieden in te richten en te beheren.
  • De provincie geeft financiële ondersteuning aan organisaties die met vrijwilligers werken aan het beheer en onderhoud van natuurgebieden.
  • De provincie trekt middelen uit om het toezicht in de natuurgebieden uit te breiden en te verbeteren.
  • De provincie onderzoekt de noodzaak om in Zuid-Holland een fonds op te richten ter ondersteuning van grondeigenaren die te maken krijgen met kosten voor het opruimen van (chemische) vervuiling van hun grond door derden.

VEENWEIDEGEBIEDEN EN BODEMDALING

De prachtige veenweidegebieden in Zuid-Holland geven onze provincie haar karakteristieke en internationaal geroemde uitstraling. Hier moeten we koste wat het kost zuinig mee omgaan.
Het veenweidegebied wordt echter al jaren bedreigd door bodemdaling en het verstoren van de originele verkaveling door het creëren van grote percelen met de eenzijdige teelt van Engels raaigras. In al deze gevallen zijn er conflicterende belangen. Waar de natuur is gebaat bij een hoger waterpeil willen de agrariërs grote delen van het jaar een lager waterpeil. Hoewel er steeds meer innovatieve methoden beschikbaar komen om de bodemdaling te verminderen, gaat dit wat de SP betreft nog veel te langzaam. De SP wil de rol van de provincie bij deze ontwikkelingen versterken in woord en daad.

De afgelopen periode is er veel inzicht gekomen over de mogelijkheden en scenario’s voor deze gebieden met de daarbij behorende kosten en baten. De komende periode moet dit leiden tot een degelijke visie over hoe we deze gebieden kunnen beschermen. Dat de provincie hierbij samenwerkt met kennisinstellingen, waterschappen, maatschappelijke organisaties en de inwoners van het gebied is evident. Niet alleen het economische belang moet leidend zijn hierin, maar vooral ook het maatschappelijk belang.

Hoewel in het Groene Hart de ontwikkeling van het gebied niet geheel op nul kunnen worden gezet, staat voor de SP voorop dat het unieke landschap van het Groene Hart vooral groen moet blijven. Gezamenlijk beleid van de betrokken provincies is hierbij belangrijk. Het Groene Hart is een belangrijk landbouw- en recreatiegebied voor de Randstad met waardevolle natuurgebieden. De Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart voert de regie op de ontwikkelingen in het gebied en wordt door de drie provincies gefinancierd.

Ook het gebied Midden-Delfland, inmiddels het eerste provinciale landschap, is een uniek veenweidegebied met een geheel eigen karakter, bepaald door lokale hoogteverschillen die door oude getijdenkreken zijn ontstaan. De provincie zorgt er voor dat dit gebied, als noodzakelijk rust- en recreatiegebied voor de omliggende bevolkingscentra, beschermd en behouden blijft.

Onze voorstellen:

  • Voor alle gebieden die te maken hebben met bodemdaling komt een toekomstvisie met concrete plannen om de bodemdaling een halt toe te roepen. Hierin dienen alle opties, inclusief innovatieve methoden, met een minimale reductie van de bodemdaling van tenminste 50 procent, te worden meegenomen. De provincie ondersteunt en stimuleert deze innovatieve ontwikkelingen ook financieel.
  • In gebieden waar dit niet kan of niet lukt kan dit betekenen dat het waterpeil zal moeten worden opgezet en de agrarische functie zal moeten komen te vervallen. Mocht dit voor bepaalde gebieden de meest wenselijke oplossing zijn, dan staat voor de SP de begeleiding van betrokken ondernemers centraal en dient met hen te worden gezocht naar een passende alternatieve bron van inkomsten.
  • De Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart moet haar werk goed kunnen blijven doen. De provincie stelt hiervoor voldoende middelen beschikbaar.

PROGRAMMATISCHE AANPAK STIKSTOF

Wat de SP betreft is de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) een krampachtige manier om iets te doen aan de schadelijke uitstoot van stikstof en tegelijkertijd de betrokken boeren en bedrijven nog de mogelijkheid te geven toch te kunnen groeien. Om te voorkomen dat er ongelijkheid ontstaat tussen de verschillende betrokken partijen (denk aan het Rotterdams havenbedrijf versus een gewoon boerenbedrijf) bij het verkrijgen van rechten op de uitstoot van stikstof, kijken we in Zuid-Holland daarom per deelterrein (recreatie, boeren en bedrijven) naar wat de beste en meest effectieve aanpak is voor de reductie van stikstof. De grote economische spelers krijgen hierdoor geen vrij spel meer.

Onze voorstellen:

  • De komende periode zetten we de lijn, om met betrokken boeren en bedrijven gezamenlijk te komen tot een reductie van de uitstoot van stikstof, voort.
  • Daarnaast gaan we er voor zorgen dat ook andere bijdragers aan het stikstofprobleem (zoals de luchtvaart en de industrie) hun verantwoordelijkheid nemen en een bijdrage leveren aan een verdere reductie van de uitstoot van stikstof.

DIERENWELZIJN

Ook in de komende periode blijft het welzijn van dieren in Zuid-Holland een belangrijk onderwerp dat wat de SP betreft integraal wordt betrokken bij alle relevante beleidsterreinen. De afgelopen periode is er een stap vooruit gezet in de aandacht voor dierenwelzijn met de ondertekening van het convenant ‘Dierenwelzijn intensieve veehouderij’ door verreweg het merendeel van deze ondernemers. Ook in de komende periode gaat de provincie door met het stellen van voorwaarden, als het gaat om dierenwelzijn, bij alle ontwikkelingen en projecten in de provincie Zuid-Holland.
Zowel bij nieuwbouw en onderhoud van wegen, vaarwegen en gemalen wordt rekening gehouden met het welzijn van dieren. Dieren zijn wat ons betreft niet slechts producten en daarom moet hier fatsoenlijk en humaan mee omgegaan worden.

Onze voorstellen:

  • Bij nieuwbouw en onderhoud van wegen, vaarwegen en gemalen wordt altijd eerst onderzocht wat de gevolgen zijn voor het dierenwelzijn in de omgeving. Op basis van deze gegevens worden maatregelen genomen om de nadelige effecten op het dierenwelzijn te voorkomen of ten minste
  • in hoge mate te verminderen.
  • De provincie zorgt er voor dat bij onderhoud of herinrichting van watergangen zo veel als mogelijk gebruik wordt gemaakt van natuurlijke oevers met de mogelijkheid voor dieren om uit het water te kunnen komen.
  • Ook het inzetten van preventieve voorzieningen tegen muskus- en beverratten wordt door de provincie bevordert.
  • De provincie streeft naar een diervriendelijke bestrijding van overlastgevende dieren.
  • Vismigratie wordt meegewogen bij het waterbeheer. Bij belemmeringen van deze migratie worden waar mogelijk voorzieningen getroffen, zodat migratie toch kan plaatsvinden.
  • De financiering van organisaties rond de dierenbescherming, zoals bijvoorbeeld de dierenambulance, wordt zodanig herzien dat het voortbestaan van deze organisaties wordt gewaarborgd.
  • Het doden van dieren ter voorkoming van landbouwschade wordt pas in het uiterste geval, als aangetoond is dat alle alternatieve methoden uitgeput zijn, toegestaan bij een significante schade.

VEEHOUDERIJ, VAN INTENSIEF NAAR EXTENSIEF

Zuid-Holland is een provincie die trots kan zijn op haar agrarische sector. De Zuid-Hollandse boer levert, naast een bijdrage aan de voedselvoorziening, ook een grote bijdrage aan het open landschap en het onderhoud hiervan. Om dit ook in de toekomst te waarborgen en omwille van het behoud van het traditionele boerenbedrijf, dat niet puur gedreven wordt door rendement, zet de SP in op het duurzaam extensiveren van de veeteelt. Daarnaast streven wij naar een gesloten keten van grondstoffen en producten. Binnen dit beleid is geen ruimte voor nieuwe vestiging van intensieve veehouderijen. Aan nieuwe megastallen puur gericht op consumentisme zal de provincie geen steun verlenen. De SP wil daarentegen agrariërs ondersteunen bij het omvormen van hun bedrijf naar een meer duurzame en diervriendelijke productie. Daarnaast willen we deze bedrijven stimuleren en steunen bij ontwikkeling van nevenactiviteiten, die bijdragen aan de verduurzaming van de sector.

Onze voorstellen:

  • De provincie zet zich actief in om veehouderijen duurzamer en  diervriendelijker, waar mogelijk biologisch, te laten werken.
  • Waar dit mogelijk is stelt de provincie eisen aan vergunningen en/of subsidies.
  • De provincie blijft ruimte en ondersteuning geven voor het ontwikkelen van nevenactiviteiten die het dierenwelzijn, het sluiten van de voedselketen en het verduurzamen van de sector betekenen.

SCHADEBESTRIJDING EN POPULATIEBEHEER

Nog meer dan in de afgelopen periode wordt bij het beheren van populaties dieren vooral ingezet worden op preventieve en diervriendelijke maatregelen. Alleen wanneer alle andere mogelijkheden, na herhaaldelijke pogingen, zijn uitgeput, zal het verjagen van dieren worden toegestaan. De
verplichting om in alle gevallen ook gebruik te maken van de mogelijkheid tot afschot vervalt. Ook boeren die dieren uitsluitend op een diervriendelijke manier verjagen krijgen recht op schadevergoeding. De gevolgen van de schadebestrijding op de populatie worden jaarlijks in kaart gebracht. In alle door de faunabeheereenheid opgestelde faunabeheerplannen moet ruimte zijn voor het aanpassen van het beheerplan als blijkt dat de uitwerking een negatief effect heeft op de betreffende populatie.

Onze voorstellen:

  • Bij populatiebeheer is het doden van dieren niet langer een verplichting om in aanmerking te komen voor schadevergoeding. Wel dient te worden aangetoond dat men gebruik heeft gemaakt van serieuze verjagingsmogelijkheden.
  • Dat boeren moeten betalen om een melding te doen van schade, ook als dit een legitieme melding was, is niet rechtvaardig. Wanneer de melding gerechtvaardigd was, hoeven zij niet voor de melding te betalen.
  • Het beheer met behulp van afschot blijft een laatste redmiddel; andere, diervriendelijker opties worden eerst uitgeput.
  • In faunabeheerplannen moet ruimte worden geboden aan vernieuwende diervriendelijkere verjaagmethoden, die worden ontwikkeld in de loop van de zes jaar waarbinnen een plan in werking is.
  • Wanneer het doden van dieren onvermijdelijk is, mag dit uitsluitend gebeuren door gecertificeerde jagers en worden de gedode dieren zoveel mogelijk ingezet voor consumptieve doeleinden.
  • De provincie zet zich er voor in dat muskusrattenbestrijding en agrarische activiteiten de doorstroom van watergangen en vismigratie niet belemmeren.
  • De provincie staat alleen jacht toe op schadelijke dieren en exoten als deze aantoonbaar onaanvaardbare schade veroorzaken en andere methoden aantoonbaar geen resultaat opleveren.
  • Als er in Zuid-Holland sprake is van een nieuwe en ernstige dreiging van exoten treedt de provincie voortvarend en direct handelend op.
  • Er worden zo snel mogelijk foerageergebieden ingericht voor ganzen en eenden met een vergoeding voor de grondeigenaar/gebruiker.
  • Plezierjacht blijft in Zuid-Holland verboden.

U bent hier