h

Regionale spoorlijn in uitverkoop?

3 juni 2004

Regionale spoorlijn in uitverkoop?

De provincie Zuid-Holland is het met Jolanda Gooiker eens dat de bereikbaarheid van het zuiden van de provincie onder druk staat als de treinlijnen die de NS niet meer wil exploiteren, inderdaad zouden verdwijnen. Dit blijkt uit de antwoorden op schriftelijke vragen van het Statenlid, die vandaag openbaar werden gemaakt. De antwoorden geven verder aan dat duizenden mensen gebruik maken van de lijnen tussen Geldermalsen-Dordrecht, tussen Rotterdam Hofplein-Den Haag en tussen Zoetermeer en Den Haag. De provincie maakt zich nu niet écht druk om die reizigers, het devies luidt: ´Afwachten, de onderhandelingen lopen nog´. Gooiker stelt daarop: ´Een gewaarschuwd mens telt voor twee.´

Na eind mei 2004 zouden de onderhandelingsuitkomsten tussen de NS en het Rijk bekend moeten worden.

Hieronder de vragen en antwoorden:

mw. J.D. Gooiker (SP)

(d.d. 15 april 2004)

Regionale treinverbinding in de uitverkoop

Aan de leden van Provinciale Staten

1 a. Hebt u kennisgenomen van nieuwsberichten waaruit blijkt dat de Hofpleinlijn, de lijn Den Haag-Zoetermeer en de lijn Dordrecht-Geldermalsen mogelijk opgeheven worden? (noot  en )

Antwoord

Ja.

1 b. Wat is hierover uw mening?

Antwoord

De berichten ogen verontrustend, doch de kwestie lijkt minder bedreigend dan de pers doet overkomen. Verkeer en Waterstaat en de NS onderzoeken op welke wijze de resultaten van de diensten zijn te verbeteren en wat daar de consequenties voor de contractsector zouden kunnen zijn. Wij gaan er van uit dat het Rijk de provincie van de resultaten op de hoogte stelt vanwege de lopende onderhandeling over de twee contractsectortreindiensten (RijnGouweLijn en Merwede LingeLijn).

Toelichting vragensteller:

De Nederlandse overheid heeft, nadat besloten was dat de NS als zelfstandig bedrijf verder moest, afspraken gemaakt over aanbesteding van het spoorwegennet. Sindsdien is besloten dat het spoorwegennet uit een (winstgevend) kernnet en (onrendabele) contractsectordiensten bestaat. Het contractnet wordt binnenkort per lijn aanbesteed door een lagere overheid. Tot nu toe zijn in Friesland, Groningen en Gelderland lijnen aanbesteed met wisselend resultaat. Het kernnet wordt aan de NS aanbesteed tot 2015. Vóór 1 juli 2004 zou over een aantal contractlijnen, waaronder ook Zuid-Hollandse lijnen een aanbestedingsprocedure moeten zijn gestart. U bent over deze lijnen in gesprek met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, u hebt hierover de Staten niet actief geïnformeerd.

2 Voor welke lijnen neemt Zuid-Holland de bevoegdheid van het Rijk over, per wanneer en hoe staat het daarmee?

Antwoord

Op dit moment is de provincie in onderhandeling met het Rijk over de overname van de bevoegdheden van de treindiensten RijnGouweLijn en Merwede LingeLijn. Beide partijen verkennen of de decentralisatie kan rusten op over en weer overeenkomstige ambities. Het Rijk streeft naar afronding van de onderhandeling vóór juli 2004 vanwege afspraken met de vervoerder met betrekking tot de verlenging van de bestaande contracten.

3 Hoeveel reizigers maken gebruik van deze lijnen?

Antwoord

De treindienst Dordrecht-Geldermalsen (Merwede LingeLijn) vervoerde in 2001 dagelijks gemiddeld circa 17.000 reizigers en in 2002 circa 15.000. De treindienst Gouda-Alphen vervoerde zowel in 2001 als 2002 dagelijks gemiddeld circa 11.200 reizigers. De cijfers over 2003 zijn niet bekend.

4 Bent u met mij eens dat de bereikbaarheid per trein van het zuiden van de provincie onder druk staat als deze lijnen uitgehold of zelfs opgeheven worden?

Antwoord

Ja.

5 Welke eisen stelt u aan de aanbesteding van de lijnen wat betreft

a. uitdagende werkomstandigheid van het personeel?

b. de service (loketten/stations/voorzieningen)?

c. de aansluiting op ander (openbaar) vervoer?

d. de ingangsdatum van de dienstregeling?

e. de verbetering van de sociale veiligheid?

Antwoord

Op dit moment is het nog te vroeg om op alle punten iets concreets te zeggen omdat het project in de fase van beeldvorming verkeert. De ambitie die wij met de Merwede LingeLijn nastreven, naast behoud van de spoorverbinding, is optimalisering van de huidige voorziening opdat deze beter aansluit bij de mobiliteitswensen. Deze wensen zijn onder meer verbetering van de overstap in Dordrecht vanuit de richting Rotterdam, frequenter rijden tussen Dordrecht en Gorinchem, rijden met modern toegankelijk comfortabel materieel dat snel stopt en optrekt en waarborging van de sociale veiligheid. De gemeenten aan de spoorverbinding spreken hun ambitie uit over het openen van nieuwe halten en deze te willen koppelen aan plannen voor ruimtelijke investeringen rondom of gelegen aan de Merwede LingeLijn. Een dergelijk initiatief ondersteunen wij daar dit past in het provinciaal beleid van verstedelijking rondom of aan belangrijke infrastructuurschakels. Het voorgestane beleid heeft ook een reducerend effect op de reiskilometers.

Het voornemen is de aanbesteding van de treindienst integraal te doen met die van het streekvervoer in dat gebiedsdeel en de stadsdienst in Dordrecht, en wel in 2007. Afstemming van bus en trein maakt zondermeer onderdeel uit van het programma van eisen. Dit met het oog op het zoveel als mogelijk tot stand brengen van een integraal opererend OV-netwerk.

6 Gaat u (of heeft u) bij het Rijk protesteren tegen de versnippering van het openbaar vervoer die gepaard gaat met het openbaar aanbesteden van deze lijnen? Wilt u uw antwoord toelichten?

Antwoord

Nee. De decentralisatie van de contractsectortreindienst kan versnippering voorkomen. De decentrale overheid kan na overdracht van de treindienst tot een intermodale aanbesteding (van trein en bus) overgaan. Beoogd wordt via een efficiëntere inzet van de middelen toch een optimale verhouding en afstemming van de modaliteiten in het regionale voorzieningenniveau te bewerkstelligen. De ervaring met projecten in andere provincies (Gelderland, aanbesteding Syntus) leert dat decentralisatie van treindiensten voor de reiziger positief kan uitpakken.

De provincie Zuid-Holland ambieert de decentralisatie van de twee contractsectortreindiensten (RijnGouweLijn en Merwede LingeLijn). De nota “Provinciale opdrachtgeversrol voor het stadsgewestelijk spoorvervoer”, dat op de vergadering van de statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie van 5 november 2003 geagendeerd stond, gaat nader in op de verantwoordelijkheden voortvloeiende uit de overdracht. De nota als zodanig is geaccordeerd.

Den Haag, 18 mei 2004

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

secretaris, voorzitter,

M.H.J. van Wieringen-Wagenaar J. Franssen

NB, de antwoorden zijn op 2 juni openbaar gemaakt.

U bent hier