h

Werkbezoek blauwgraslanden: te veel mest, te veel versnippering

22 januari 2016

Werkbezoek blauwgraslanden: te veel mest, te veel versnippering

Soortenrijkdom oftewel biodiversiteit is anno 2016 een belangrijk doel van natuurbeleid, ook voor de provincie Zuid-Holland. Zeer soortenrijk zijn de zogenoemde Blauwgraslanden. Officieel geen echte natuur, maar waardevolle ‘halfnatuur’, die juist tot bloei kwam door eeuwenlange begrazing en hooien zonder mest toe te voegen. SP-Statenlid Luiza Soares bezocht eind vorig jaar  de blauwgraslanden bij Ouderkerk aan den IJssel.

De blauwgraslanden danken hun naam vooral aan de blauwige glans van de blauwe zegge in deze gebieden. Een andere verklaring is dat het blauw in de naam blauwgrasland staat voor het arme en schrale van de grond. Ook tijdens het werkbezoek in december was de blauwige gloed van het land in ieder geval goed te zien.

De enorme soortenrijkdom van de Blauwgraslanden ontstond in de tijd voor de kunstmest. Door het eeuwenlange begrazen en hooien zonder mest toe te voegen, werd de grond van deze weilanden arm aan voedingsstoffen. Deze ‘schrale bodem’ is voor veel bijzondere bloemen- plantensoorten een belangrijke voorwaarde.

Doordat de polders veel minder sterk werden bemaald, overstroomde het land ook regelmatig met (regen-)water. De bodem werd hierdoor minder zuur. Ook dit was goed voor de bloemen en planten in het blauwgrasland, die juist gedijen in een regelmatig niet-zure (=‘basische’) omgeving.

Sinds 1900 kelderde de oppervlakte lauwgrasland in ons land. Ook Zuid-Holland telt helaas nog maar enkele snippers. Belangrijkste oorzaken: enorme hoeveelheden (kunst)mest en verdroging. Onder meer zware landbouwmachines vereisen een lage grondwaterstand.

Nieuwe bedreigingen
Recente ontwikkelingen bedreigen de Blauwgraslanden -en andere natuur in het veenweidegebied zoals trilveen en veenmosrietland- nog verder. Vooral door het afschaffen van het melkquotum gaan boeren nog meer produceren om hun inkomen te behouden.

Gevolg: streven naar nog hogere melkopbrengsten, meer koeien per hectare, meer bemesting, meer ontwateren en dus minder soorten. Ingrijpen is nodig, ook omdat voor met name de Natura-2000-gebieden wettelijke eisen gelden aan bijvoorbeeld soortenrijkdom. Veel gebieden halen deze eisen nu al niet.

Oplossingen
De SP denkt hard mee over de beste aanpak hiervan. Minder mest, minder stikstof en minder fosfaat in de bodem, in het water en in de lucht zijn essentieel. Dit probleem speelt landelijk en is daarom onlangs door SP-Tweede Kamerlid Eric Smaling (opnieuw) op de agenda gezet.

Om versnippering tegen te gaan en natuurgebieden groter en sterker te maken, steunen we de aankoop van natuurgebieden door de provincie. Dit zijn nu vaak nog landbouwgebieden. Meer natuur in provinciaal beheer betekent wel dat de kosten hiervoor (fors) oplopen.

De SP ziet daarom een belangrijke rol weggelegd voor boeren, maar wel met een goede kosten-batenverhouding. In het gangbare agrarische natuurbeheer zijn de afgelopen jaren  miljoenen geïnvesteerd, maar met te weinig resultaat. Dit kan en moet de komende jaren beter.

  • foto: Blauwe knoop, een van de vele soorten die kunnen voorkomen in Blauwgraslanden. Bron: Hajotthu (Own work) CC BY 3.0  via Wikimedia Commons

U bent hier