Provincie vertilt zich aan annexatie-voorstel Den Haag
Provincie vertilt zich aan annexatie-voorstel Den Haag
Opinieartikel geschreven door Dr. A. Kant en Drs. F. Vergeer-Mudde.
Agnes Kant is Tweede Kamerlid en Fenna Vergeer is Provinciale Statenlid voor de Socialistische Partij.
Geplaatst in het AD.
Info: Fenna Vergeer, tel 071-5311406
De provincie Zuid-Holland heeft zich met haar herindelingsplan ‘Ruimte voor Den Haag’ een taak op de hals gehaald zie zij niet aankan. Het plan rammelt aan alle kanten, de regionale samenwerking staat op het spel en het vertrouwen van de burgers in de wijsheid van de politici heeft een flinke deuk opgelopen.
Met het annexatieplan heeft de provincie zich tot doel gesteld om een bijdrage te leveren aan de grote stadsproblematiek van Den Haag.
Daartoe zou het plan aan de volgende criteria moeten voldoen. Annexatie van de bouwlocaties Ypenburg en Leidschenveen moet Den Haag een ‘aanmerkelijk positief saldo’ opleveren, Den Haag moet de bouwplannen kunnen wijzigen, het plan moet 25 jaar soelaas bieden en de Haagse randgemeenten moeten geen groot nadeel ondervinden.
Aan geen van deze criteria, die de provincie zelf heeft opgesteld, voldoet het herindelingsplan.
rammelend plan
Om te beginnen schrijft de provincie dat het plan slechts 10 jaar soelaas biedt. Daarbij moet het woord ‘soelaas’ met veel korrels zout genomen worden, als je kijkt naar de financiële onderbouwing.
De provincie raamde voor Den Haag 30 miljoen voordeel per jaar, wat minder dan 1% is van de Haagse begroting. Maar zelfs daar is in de loop van de discussie weinig van overgebleven. Ten eerste bleek de provincie een misrekening te hebben gemaakt over de opbrengst van de zogenaamde corridor tussen Den Haag en de bouwlocaties. Verder is de verwachte OZB opbrengst volgens de meerjarenraming van Den Haag zelf lager dan de provincie opgeeft en is Den Haag meer eigen geld aan de bouwlocaties kwijt dan de randgemeenten door een lagere uitkering uit het gemeentefonds en het wegvallen van een speciale bouwbijdrage (de zogenaamde verfijningsuitkering). De 30 miljoen inkomsten blijkt uiteindelijk maar 5 miljoen te zijn.
Over de uitgavenkant is het plan vaag. Zolang de markt gunstig is, zal er tijdelijk exploitatiewinst te halen zijn op de bouwlocaties. Daar zit nogal een onzekerheidsfactor in en ondanks dat de randgemeenten 100 miljoen in een regiopot willen storten, heeft de provincie dit incidentele voordeel niet mee willen rekenen.
Volgens een ander criterium moet Den Haag invloed hebben op de bouwplannen. Maar in de provinciale stukken staat: “De verwachting is, dat de plannen inhoudelijk niet wezenlijk zullen wijzigen, als de rol van de randgemeenten wordt overgenomen door Den Haag.”
Aan Wateringse Veld, de nieuwbouwlocatie van Den Haag, is te zien, dat daar niet veel anders gebouwd wordt dan op Ypenburg of Leidschenveen. Wel zou Den Haag kunnen bezuinigen op groenvoorzieningen en sport- en culturele accommodaties. Daar zijn de nieuwe wijkbewoners natuurlijk niet blij mee. Al met al blijft er van de criteria die de provincie zichzelf gesteld had, heel weinig over.
Ook de burgers zien weinig of niets in het plan, hetgeen niet alleen blijkt uit het referendum in de randgemeenten waar 98% tegen stemde, maar ook uit de 75% Hagenaars die het niet uitmaakt of die tegen zijn.
Een opmerkelijk hoog aantal Haagse burgers is er blijkbaar niet van overtuigd er beter van te worden.
Ook het laatste criterium, dat de randgemeenten geen schade mogen ondervinden, houdt geen stand. Alle randgemeenten melden als gevolg van het plan tekorten in hun meerjarenraming, Nootdorp stevent zelfs af op een faillissement. Opmerkelijk is, dat de provincie Zuid-Holland deze cijfers in twijfel trekt, maar er geen andere tegenover stelt.
De SP-fractie, maar ook de PvdA-fractie (voorstander van annexatie) hebben gevraagd om een meerjarenoverzicht van de betrokken gemeenten, maar die wordt niet verstrekt. Er zou toch minimaal tijd moeten zijn om deze cijfers bij de besluitvorming te betrekken en eventueel bij meningsverschillen door een onafhankelijke instantie te laten verifiëren. Maar die tijd wordt niet genomen.
Tijdsdruk breekt de provincie ook op, nu zij door een rechterlijk vonnis de ondernemingsraden van de gemeentelijke ambtenaren om advies moet gaan vragen.
ingrijpend
Het plan rammelt dus aan alle kanten, maar de provincie heeft haast, want er komen verkiezingen aan. Ook dreigt zij haar bevoegdheid te verliezen als 1-1-1999 niet gehaald wordt, omdat er in 1999 mogelijk zoveel nieuwe bewoners op Ypenburg en Leidschenveen bijkomen, dat de taak te omvangrijk wordt voor een provinciaal besluit.
De wet (ARHI) heeft de provincie slechts de bevoegdheid gegeven voor technische grenscorrecties die niet meer dan 10% van de inwoners van een gemeente betreffen. De Eerste Kamer liet in april nog weten, dat aantal niet te willen verhogen tot 15%, omdat het toch vooral bij ‘niet-fundamentele wijzigingen van gemeentegrenzen’ moest blijven, bijv. een onlogische grens. Ook bouwgrond zou daarbij kunnen horen. Leidschenveen en Ypenburg zijn echter nauwelijks als bouwgrond te karakteriseren, de bouwscenario’s zijn bijna voldragen. Aspirant-bewoners schrijven zich al in op bestaande plannen en vele ambtenaren hebben er hun dagelijks werk aan. Het gaat hier daarom niet om een technische grenscorrectie, maar om een ingrijpende gemeentelijke herindeling. Daar heeft de provincie zich zwaar aan vertild.
politieke wijsheid
De SP heeft zowel in de Gemeenteraad van Den Haag als de randgemeenten, in Provinciale Staten als in de Kamer gemotiveerd tegen het herindelingsplan gestemd.
Bij de meeste andere politieke partijen viert opportunisme hoogtij. In de stad Den Haag zijn de ‘partijgenoten’ voor en in de randgemeenten tegen. Om de interne partijruzies uit te vechten wordt 3 miljoen belastinggeld uitgegeven. Dit is koren op de molen van one-issuepartijen, die overigens bij het eerste het best second issue ruziënd over straat rollen. Maar zij spinnen wel garen bij het feit, dat de meeste partijen helemaal geen issue meer lijken te hebben.
Deze ontwikkeling is ons inziens slecht voor de democratie.
Structurele oplossingen gaan volgens ons in een andere richting. Daarvoor is geen verhanging van plaatsnaambordjes nodig, maar een democratischer regionaal bestuur en een socialere politiek, bijv. voldoende subsidie voor sociale woningbouw en onderwijs.
De provincie zou als tussenbestuur de rol van bindend element kunnen vervullen. Maar juist bij het herindelingsplan heeft de polarisatie ernstige vormen aangenomen. De oorzaak hiervan zou wel eens kunnen liggen in het feit, dat de provincie niet bezig is met haar eigenlijke functie , nl. die van regisseur, maar met het uitoefenen van bestuurlijk geweld.
De provincies spelen al enige tijd een ondergeschikte rol in de politiek.
De provincie Zuid-Holland heeft zich met het annexatieplan willen presenteren als een daadkrachtig en doortastend bestuur, maar lijkt onder haar eigen ‘gewichtigheid’ te bezwijken.